maandag 15 september 2008

Het Ondernemingsplan

Gepubliceerd in Tijdschrift Carriere Plus
2e jaargang nr. 1 / September 1987


Bedrijfskunde in een notendop: Het ondernemingsplan

Het maken van een ondernemingsplan is voor een startende ondernemer bijna een 'must'. Dit heeft te maken met het feit dat veel instellingen of organisaties (sociale diensten, IMK, CIMK) waar startende ondernemers mee te maken krijgen, dit als een voorwaarde stellen. Nog belangrijker misschien Is het nut voor de onderne-mer in kwestie. Het dwingt hem of haar ertoe ideeën en plannen op papier te zetten. Dat leidt enerzijds tot verdieping, maar anderzijds vooral ook tot overwegingen die de onderlinge samenhang tussen de bedrijfsonderdelen en -aspecten betreffen. De starter heeft met zijn ondernemingsplan een document waarmee hij naar buiten kan tre-den en dat dienst kan doen als plannings- en controle-instrument. Daarom is het ook zinvol voor al bestaande ondernemingen, waar bezinning over het bedrijfsleven ook aan de orde zou moeten worden gesteld.

Moeizaam proces, maar goede leerschool!
Dat het een moeizaam proces is, dat veel tijd, papier, kennis en inzicht vereist, kan elke ondernemer volmondig beamen. En er wordt dan ook alom beweerd, dat het maken van een ondernemingsplan een goede droogzwemoefening is voor een startende ondernemer, die daarmee een soort proeve van bekwaamheid en doorzettingsvermogen aflegt. Toch wil ik hiermee niet zeggen dat de starter een ondernemingsplan geheel zelfstandig zou moeten kunnen opstellen. Daarvoor is het gewoon te complex en omvat het teveel disciplines en vakgebieden. Veelal worden dan ook bedrijfskundigen ingeschakeld om starters te helpen bij het opstellen van hun plannen. Dit gebeurt al op grote schaal in de vorm van stage-, project- en afstudeeropdrachten door studenten van Universiteiten en Hogescholen. Aan de faculteit Bedrijfskunde te Rotterdam vormt het zelfs een opdracht voor de eerste jaarsstudenten. Dat programma draait nu voor het derde achtereenvolgende jaar en er zijn inmiddels ruim honderd startende en jonge bedrijven bij betrokken geweest.

Ondernemingsplan
Wanneer je een aantal handboeken en handleidingen voor het opstellen van een ondernemingsplan doorbladert ontstaat de indruk als zou het een soort invuloefening zijn, waarbij ieder onderdeel losstaat van het andere en afzonderlijk beantwoord kan worden. Dit doet geen recht aan de bedrijfspraktijk, want het tegendeel is waar. De ervaring leert dat iedere situatie anders is en een bijzondere aanpak vereist. Maar vooral ook dat geen onderdeel los te beschouwen is van de rest. Uiteraard is een theoretische basiskennis nodig op het gebied van financiering, accounting, marketing en rechtsvormen. Maar het begint eigenlijk pas op het moment dat je de zaken integraal gaat beschouwen.
Om dat met een voorbeeld te illustreren: de gekozen rechtsvorm heeft gevolgen voor:
- de zeggenschap in de onderneming;
- de leiding van de onderneming;
- de financiële opzet en de mogelijkheden van de onderneming;
- de verdeling van het bedrijfsresultaat;
- het gezicht naar buiten van de onderneming.
Bij het bepalen van het product dat een onderneming wil gaan aanbieden zullen zowel interne (organisatie) als externe (markt) factoren mee in beschouwing moeten worden genomen. Samenvattend kan daarom gesteld worden dat het maken van een ondernemingsplan een bij uitstek bedrijfskundige, interdisciplinaire aangelegenheid is die inlevingsvermogen en creativiteit vereist om recht te doen aan het unieke of specifieke karakter van de nog te starten onderneming. Kortom; een bedrijfsplan is bedrijfskunde in een notendop. Daarom vormt dit studieonderdeel een zinvolle en waardevolle bijdrage aan de vorming van bedrijfskundigen die zo de bedrijfspraktijk leren kennen en leren hoe de theorie daarbij van dienst kan zijn.
Vooraf wordt de studenten duidelijk gemaakt dat een ondernemer veelal geen bedrijfskundige is, maar omgekeerd, dat een bedrijfskundige ook geen goeie ondernemer hoeft te zijn. Ondernemerschap is een in de praktijk geleerd en door ervaringen ontwikkeld talent, niet te verwarren met 'te leren' kennis van en gebruikte instrumenten en methoden in organisaties, zoals die veelal in bedrijfskundige opleidingen aan de orde komen. Hiermee wil niet gezegd zijn dat ze elkaar bijten, maar veel meer dat ze een welkome aanvulling op elkaar kunnen zijn. Het is een vruchtbare manier om wetenschap en bedrijfsleven van elkaar te laten leren.

Geen opmerkingen: